Vissoep maken van mosselen in Scandinavische stijl (met dille en veel groentes)

Vissoep maken hoeft helemaal niet ingewikkeld te zijn. Deze mosselsoep bewijst het: je begint met een klassieke pan mosselen met witte wijn, en verandert dat kookvocht daarna in een romige, geurige basis voor je vissoep. Zo haal je echt alles uit die halve kilo mosselen en proef je de zee in elke lepel.

Als je thuis vissoep wilt maken, zijn goede basis en fijne snijwerk het belangrijkst. In deze soep gaan flinterdunne prei en venkel, heel kleine blokjes knolselderij en juliennewortel. Die geven niet alleen smaak, maar ook net genoeg bite. De room en crème fraîche maken de mosselsoep zacht en rond, zonder dat hij zwaar wordt: het ideale gerecht voor op de kersttafel.

Vissoep met mosselen — Melvin Sturm voor Culy

Fris accent door groene kruiden

Wat deze manier van vissoep maken zo lekker maakt, zijn de verse kruiden op het eind: dille, bieslook en peterselie. Die geven een fris, groen accent tegen de romige bouillon en het zilte van de mosselen.

Serveer de mosselsoep in warme diepe borden, met wat mosselen in de schelp bovenop en een stuk knapperig brood ernaast, en je hebt een vissoep die zo van de kust lijkt te komen.

Vissoep maken met mosselen

Spoel de mosselen in koud water en controleer ze: kapotte mosselen en exemplaren die open blijven staan gooi je weg. Pel de sjalot en snipper fijn. Pel de knoflook en snijd of rasp fijn.
Verhit een scheut olijfolie in een grote pan op laag vuur en stoof de sjalot en knoflook zachtjes tot ze glazig zijn.
Draai het vuur hoog, voeg de mosselen toe en schud de pan voortdurend om zodat alles goed mengt. Zodra de pan goed heet is, schenk je het glas witte wijn erbij. Leg direct het deksel op de pan en laat de mosselen in ongeveer 5 minuten gaar stomen. Schud de pan halverwege nog een keer om, het liefst met het deksel erop.
Giet de inhoud van de pan boven een zeef af en vang het kookvocht op, dit wordt de basis van je vissoep. Haal de meeste mosselen uit de schelp, maar bewaar er een paar in de schelp voor de garnering.
Snijd het wit van de prei en de venkel flinterdun. Snijd de knolselderij in zo klein mogelijke blokjes, hoe fijner hoe lekkerder in de soep. De wortel snijd je zelf in dunne reepjes of je gebruikt een zakje juliennewortel uit de winkel.
Verhit opnieuw een scheut olijfolie in een ruime soeppan op zacht vuur. Stoof de prei, venkel en knolselderij met een snuf zout tot de groente zacht begint te worden, maar nog niet verkleurt. Voeg de wortel toe en laat nog 1 minuut zachtjes meebakken.
Schenk nu het opgevangen mosselvocht en de 500 milliliter kippenfond bij de groente. Breng de soep rustig aan de kook en laat 10 tot 15 minuten zachtjes pruttelen, tot de groente gaar maar nog net stevig is.
Draai het vuur uit en voeg de mosselen zonder schelp toe, samen met een scheut slagroom en de 2 eetlepels crème fraîche. Roer tot alles mooi is opgenomen.
Roer de theelepel mosterd door de mosselsoep en breng op smaak met witte peper en zout. Proef en pas eventueel de kruiding aan.
Snijd de bieslook, dille en peterselie fijn en roer het grootste deel door de soep.
Verdeel de vissoep over diepe borden. Garneer met de achtergehouden mosselen in de schelp, wat extra takjes dille en eventueel een dun straaltje olijfolie. Serveer direct, met knapperig brood om in de vissoep te dippen.