Gerechten met een herinnering: soto ayam van Culy’s Nancy
In deze rubriek, Gerechten met een herinnering, vertelt iedere keer een andere foodie over een gerecht uit zijn of haar jeugd waar mooie herinneringen aan kleven. Vandaag: soto ayam van Culy’s gloednieuwe redacteur Nancy van Batenburg.
“Je zou het niet zeggen als je naar mijn blonde hoofd kijkt, maar ik kom uit een Indonesische familie. Met andere woorden: als ik niet eet of ook maar aan eten dénk, is er iets goed mis.
Bij ons in de familie is er al-tijd eten. We bereiden eten, genieten van eten en praten over het bereiden en genieten van eten terwíjl we eten.
Met volle teugen genieten
Als mini-Nens hing ik op familiefeesten altijd rond in de keuken bij mijn tante Grace, die daar de hele dag stond te koken. Omdat ik het razend interessant vond wat ze stond te doen, maar ook omdat ik dan de hele tijd uit de pannen kon snoepen.
Dan zat ik midden in de keuken op de grond met de slacentrifuge. Of mocht ik de komkommers snijden en schillen, want tante Grace serveerde haar komkommers zonder schil en zonder zaadjes, zoals ze ook altijd taugé keurig netjes ontdeed van de uiteinden (een eigenschap die haar nichtje in ieder geval niet van haar heeft geërfd).
Mijn moeder kookte ontzettend divers en was ook niet bang om andere dingen en keukens uit te proberen. Van haar heb ik geleerd dat eten iets is om met volle teugen van te genieten en dat je als je een klein beetje meer moeite doet, zelfs van de simpelste lunch een waar feest maakt.
Mijn vader kookte niet zo vaak – af en toe maakte hij gado gado of nasi op zondag – maar kwam wel altijd thuis met de nieuwste producten. Liefst als hij ze gratis kreeg. Hij maakte van de meest banale tocht naar de buurtsuper nog een ontdekkingsreis.
Feesteten
Mijn broertje en ik werden regelmatig getrakteerd op feesteten. Zelfgemaakte frietjes bij een film op een regenachtige woensdag. Of stervormige wafeltjes met poedersuiker in de kerstvakantie. En als we voorbij onze favoriete toko kwamen, mochten we altijd risolles (een Indonesische snack van een opgerold flensje, met een vulling van kip of gehakt, groenten en kruiden).
Mede daardoor roept eten bij mij nog altijd een gevoel van joie de vivre op: eten is een feestje. Maar ook dat je met eten van elk moment een feest máákt.
Een grote pan soto ayam
Gek was ik vooral op de soepen die mijn Indische oma voor mij maakte. Zo kookte ze regelmatig soto ayam maar ook andere varianten, zoals de oer-Hollandse koninginnesoep, waar ze haar eigen draai aan gaf door ‘m te serveren met rijst.
Tot op de dag van vandaag is soep voor mij het ultieme troosteten: venkel-wittebonensoep met uitgebakken finocchiona (venkelworst) op een dag waarop je tenen eraf vriezen, knaloranje soep van wortel, kokosmelk, koriander en véél gember als je een verkoudheid voelt opkomen en mijn ultieme drug of choice: Japanse ramen. Een dikke vette hug in een kom.
De oom van mijn geliefde – die Molukse roots heeft – maakt nog vaak een enorme pan soto ayam voor de hele familie. Hij gaf me zelfs een keer een workshop, waarvan ik me vooral kan herinneren wat een oneindig takkewerk het was om kemirienoten en uien fijn te stampen in de vijzel. Ook mijn lieve schoonzus last een keer in de zoveel tijd een dag in waarop ze een twaalf-literpan soto maakt. En wie zin heeft, mag langskomen. Je zult begrijpen dat ik daar al-tijd zin in heb.
En daar, hangend boven een kom soto ayam, ben ik altijd weer even helemaal terug bij mijn familie, bij mijn roots en bij mijn jeugd. Mocht ik heel oud worden, dan hoop ik op een dag een keukentafel vol familieleden aan te treffen in mijn huis, die smullen van de grote pan soto die hun (kwart-)Indische omaatje met veel bloed, zweet en een berg liefde voor ze heeft gemaakt. ”